dinsdag 1 april 2014

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: DE VREEMDE KANT VAN DE REALITEIT

Arjen Sinninge Damsté (1990) groeide op in het Overijsselse Hengelo en studeerde in 2013 als performer af aan de Toneelacademie in Maastricht. Sinds september 2013 studeert hij documentaire regie aan de Nederlandse Filmacademie in Amsterdam.

DIT IS KUNST: Wat voor opleiding volgde je in Maastricht?

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: Ik dacht altijd dat ik acteur zou worden, maar dat is anders gelopen. Ik merkte dat ik het interessanter vond om zelf dingen te verzinnen en uit te voeren in plaats van een tekst uit mijn hoofd te leren. In Maastricht ben ik afgestudeerd als performer, daar heb ik geleerd om mijn persoonlijke fascinaties om te zetten in uitvoerbare ideeën.

DIT IS KUNST: Jouw fascinaties liggen voor een deel buiten de hoge kunst.

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: Mijn fascinatie gaat uit naar de dagelijkse realiteit en vooral de vreemde kant ervan. Ik ben nu een maal nieuwsgierig. In 2012 vormde ik met klasgenoot Marius Mensink het countryduo Achy Breaky Heart. We traden op in bejaardenhuizen. Marius en ik wilden die wereld leren kennen. Onze optredens leverden mooie, triestige momenten op. We stonden op het podium vóór en na mensen als Hans Kazan ,die tot mijn verbazing nog steeds in bejaardenhuizen schnabbelt, en accordeonduo’s. De amusementsmolen waarin we meedraaiden was niet bepaald opgetogen en vrolijk, maar het is het wel het soort entertainment wat ons te wachten staat. De bejaarden waren kritisch. Na afloop zeiden ze vaak dat ze er niets van hadden begrepen omdat we in het Engels zongen.


DIT IS KUNST: Waren jullie optredens een louterende afdaling in de hel?

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: Ja, het is goed om zo nu en dan de verschrikkingen van het leven onder ogen te zien. Het waren tragische optredens waar het publiek weinig vreugde uit haalde. Het was tof om tragiek te kunnen brengen. Daarna heb ik me op de wereld van het levenslied gestort, weer een andere fascinatie. Ik woon nu in Amsterdam en soms mis ik Limburg enorm. Je hebt daar een uitgebreide wereld van marginalen. Dat is mooi en anders dan hier in het westen. Maastrichtenaren vinden het best als mensen van elders in het weekeinde Maastricht bezoeken. Maar ze vinden ook dat die vreemden op zondagavond weer vertrokken moeten zijn. Dan kunnen de Maastrichtenaren weer ongestoord aan de bar van het café zitten. Maastrichtenaren zijn trots op hun afkomst en geneigd tot melancholie. Dat tref je ook in de omringende kleine dorpen. Daar heb je niks, maar de mensen proberen er toch iets van te maken.

DIT IS KUNST: Wat trok je in de Limburgse wereld van het levenslied?

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: De Maastrichtse artiestenwereld is een universum op zich. De populaire zangers spelen ook een maatschappelijke en sociale rol. Als mensen in de knoei zitten gaan ze na een optreden van een artiest met de artiest over hun problemen praten. Artiesten geven ook echt hulp en steun aan hun fans.

DIT IS KUNST: Veel mensen denken dat in het digitale tijdperk alles zichtbaar is en niets op de wereld verborgen kan blijven. Kijkend naar je films kregen wij de indruk dat er nog wel degelijk ongeopende deuren naar onbekende werelden bestaan.

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: Ik was een jaar of zeven, toen ik tegen de moeder van een buurmeisje zei dat ik ontdekkingsreiziger wilde worden. De moeder wees op een wereldkaart aan de muur en zei dat alles op de wereld al ontdekt was. Maar wat is ontdekt? Ik denk dat de meeste mensen de wereld van het levenslied wel kennen of denken te kennen, maar het beeld dat ze ervan hebben, bestaat uit clichés. De echte wereld van het levenslied bestaat niet zomaar uit zulke clichés. Authenticiteit speelt is de wereld van het levenslied een grote rol. Natuurlijk is die authenticiteit voor een deel gekunsteld en een kwestie van format, maar voor een deel ook weer niet. Authenticiteit, identiteit, herkenbaarheid en verschil spelen een grote rol, want wie je ‘bent’ en zoals je je als artiest voordoet, bepaalt je doelgroep en aanhang. Voor de liefhebbers van het Nederlandse lied is er een groot verschil tussen een kermisartiest als Jannes en iemand als Thomas Berge die eerder een charmeur is.

DIT IS KUNST: Je hebt een film gemaakt die Mijn levenslied heet. Je praat in een stilstaande auto met mensen over wat het levenslied voor hen betekent. De auto staat geparkeerd op prachtige plekken in Zuid-Limburg en jij en je gesprekspartners kijken al pratend uit over het landschap. Een van de personen met wie je in de auto zit te praten zegt tegen jou: ‘jij denkt teveel’. Dat moment geeft volgens ons iets aan. Je zit in die auto naast mensen uit het volk als een nette jongen uit een ander milieu die de zaak benadert met ideeën die tot de wereld van de burgerlijke cultuur, de cultus van het individuele innerlijk en het boek behoren.

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: Die afstand, die kloof, zit er ergens wel in. Mensen vragen me wel eens of ik de mensen in die film wilde kleineren of dat ik het oprecht meende. Wat mij betref was het oprecht, maar de kloof is er ook en dat levert in mijn ogen een vruchtbare spanning op.

DIT IS KUNST: De afstand tussen jou en wat sociaal en cultureel de andere kant van het water is, heb je ogenschijnlijk overbrugd door als Jens Bremer een levenslied op te nemen en een bijbehorende clip te maken. Wat levert dat op?

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: Ik zei al dat authenticiteit een belangrijke rol speelt in de wereld van het levenslied. Je kunt wel je haar blonderen en ordinaire kleren aandoen, maar dat werkt niet. Niemand trapt daar in. Mijn eigen project was niet bedoeld als een parodie of imitatie. Ik wilde een nummer schrijven en opnemen dat echt zou kunnen overtuigen. De clip moest dat ook doen. Dat bleek zo eenvoudig nog niet. Ik moest echt gaan nadenken wie ik, zonder flauwekul en franje, zou kunnen zijn als volkszanger. Met één single ben je er overigens niet in de wereld van het levenslied. Je moet veel optreden en albums opnemen en ook als je heel hard werkt is het en kwestie van doorzetten, talent en geluk. Je moet bedenken dat er elke week zo’n twaalf nieuwe singels in het Nederlandse genre op de markt komen. Van de meeste hoor je ook nooit meer iets, slechts een enkeling breekt door. Ik ben weer gaan studeren.

DIT IS KUNST: en nu?

ARJEN SINNINGHE DAMSTÉ: Ik ben toegetreden tot een kring van heksen. Het is een groep vrouwen en ze willen dat ik mee ga doen aan hun rituelen. Ik weet niet wat dat zal brengen. Ik vind dat mijn werk een avontuur moet zijn, voor mezelf en voor de kijker. Een onderneming waarvan de uitkomst nog niet vast ligt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Opmerking: Alleen leden van deze blog kunnen een reactie posten.